Top 3
  1. Johnson (NTL), Attridge (Herm) of Koester (AB)
  2. Cockerill (NICNT), anders Schreiner (BTCP) of Backhaus (RNT)
  3. Weiß (KEK)
Toelichting

Hebreeën heeft in de vorige eeuw in eerste instantie weinig aandacht gekregen. Wel was er het belangrijke werk van Spicq (2 delen, mono, 1952, Franstalig), en schreef Käsemann in 1957 een theologisch goed boek over Hebreeën: Das wandernde Gottesvolk – Eine Untersuchung zum Hebräerbrief (al is zijn lezing tegen een gnostische achtergrond wel echt achterhaald; in 1984 in het Engels vertaald). Vanuit historisch-kritische hoek verschenen in Duitsland uiteindelijk de grondige werken van Gräßer (EKK, 1990/93/97) en Weiss (KEK, 1991). Beiden zijn theologisch sterk. Al is Weiss toch net een wat betere exegeet in het tot leven brengen van de brief. Gräßer is soms net wat flets, en leunt, bijvoorbeeld in de inleiding, behoorlijk op ouder werk (van dat oudere werk is zeker Michel (KEK, 1936;198414) te noemen). Rond dezelfde tijd kwam Ellingworth (NIGTC, 1993) uit. Een matig werk. Droog, en weinig doortastend. Het oude werk van de gerenommeerde exegeet Bruce is wat dat betreft beter (NICNT, 1963, met een kleine update in 1990). Veel minder grondig, maar exegetisch en theologisch ter zake.

Attridge (1989, Hermeneia) wist voor het eerst in het Engels taalgebied een goed, overtuigend, toegankelijk historisch-kritisch werk neer te zetten, dat Hebreeën echt tot leven brengt. Frisse, overtuigende uitleg vanuit Grieks-Romeinse en Joodse achtergrond (historisch en literair). En dit gepresenteerd in een bondig, toegankelijk commentaar. Ook D.A. deSilva (mono, 2000) heeft bijgedragen aan het beter begrijpen van Hebreeën in zijn context, met een social-rethorical-commentaar dat onder andere het eer-schaamte-aspect inbrengt. In 2001 heeft de Lutheraan Koester (AB) een goed en zelfstandig werk geschreven. In de inleiding nadruk op de uitleggeschiedenis van Hebreeën. In 2006 verscheen Johnson (NTL). Dit is een verrassend goed werk. Heel zelfstandig, creatief, actueel, scherp; eenvoudig geschreven; historisch-kritisch (in de lijn van Attridge en Koester). Sterke inleiding, goede excursen. Naar opzet van de serie een korter werk dan Attridge of Koester, maar toch is er veel uit te halen.

Wat evangelicale commentaren betreft: rond de verschijning van Attridge kwam ook Lane uit (WBC, 1991). Rond de inleidingsvragen minder sterk dan Attridge, maar in de detail-exegese goed. Historisch-kritisch, maar met een evangelicale insteek. Al is het inmiddels wat ouder, het blijft een waardevol werk, nog steeds beter dan bijvoorbeeld het recente werk van O’Brien (Pillar, 2010). Bij hem is de detail-exegese veel langdradiger/ minder to the point, waardoor je de hoofdlijn uit het oog verliest; wel goede geestelijke / pastorale insteek. Rond de theologie van Hebreeën is hij wat beknopt, en verwijst dan naar een nog uit te komen afzonderlijk deel hierover. In 2016 is dit werk in opspraak gekomen omdat, volgens een verklaring van de uitgever (Eerdmans), O’Brien’s werkwijze zich schuldig maakt aan plagiaat. Daarom is dit commentaar teruggetrokken uit de verkoop, evenals zijn commentaren op Efeze en Filippenzen (zelfde uitgever), ook al is de beschuldiging van plagiaat daar minder zwaar. In 2012 verscheen Cockerill (NICNT). Vanuit evangelicale hoek zeker het beste commentaar op dit moment. Sterke vers-voor-vers exegese, die goed het verband van een vers(deel) t.o.v. pericoop en boek als geheel in het oog houdt. Sterk in lijnen naar het Oude Testament; wel te weinig aandacht voor Grieks-Romeinse context. In 2015 is er in de nieuwe serie BTCP een deel door de bekende evangelical Schreiner geschreven. Dit is een vlot geschreven, toegankelijk werk, zonder veel technische details en voetnoten. Theologisch en exegetisch van goed niveau.

Het werk van de homileet Long (Int., 1997) is sterk gericht op de prediking.

Verder zijn op Duits taalgebied nog te noemen: Karrer (ÖTK, 2002/08) en Backhaus (RNT, 2009). Karrer is redelijk. Backhaus is, in lijn met de serie, eenvoudig en toegankelijk geschreven, zonder voetnoten of technische details. Goed theologisch en exegetisch niveau, aantrekkelijk geschreven. Qua opzet en kwaliteit vergelijkbaar met Schreiner.