Top 3
  1. Schrage (EKK), anders Merklein (ÖTK) of Zeller (KEK)
  2. Rosner & Ciampa (Pillar), anders Thiselton (NIGTC)
  3. Hays (Int)
Toelichting

Op deze brief van Paulus zijn een aantal opvallend sterke commentaren geschreven. Op Duits taalgebied: Schrage (EKK, 1991/95/99/01), Merklein (ÖTK, 1992/01/05) en Zeller (KEK 2010). Schrage is een grondig werk, scherp en ter zake. Zorgvuldig volgt hij de Griekse tekst, exegetisch en theologisch sterk. Bovendien is hij (hoofdzakelijk in de voetnoten) goed in gesprek met o.a. waardevol ouder werk op 1 Korinthe, zoals dat van Weiss (KEK, 1910), Schlatter, maar ook bijvoorbeeld Karl Barth, etc. Ook het onderdeel Wirkungsgeschichte per perikoop is waardevol. Merklein verscheen in een minder bekende serie, maar verdient zeker aandacht. Bondig en ter zake geschreven, goede opbouw van een overtuigende exegese (zorgvuldig onderscheidend tussen bijvoorbeeld syntactische, semantische en pragmatische analyse). Het laatste deel is na zijn dood verschenen, en staat mede op naam van zijn leerling Gielen. Zeller is een veel bondiger commentaar dan Schrage en Merklein. Dit is een goed werk. Zelfstandig en goed ter zake, overtuigende, doortastende exegese, en dat eenvoudig gepresenteerd.

Op Engels taalgebied springen er twee commentaren uit van hoge kwaliteit: Thiselton in NIGTC (2000) en Rosner & Ciampa (Pillar 2010). Thiselton is van huis uit hermeneuticus. Je ziet deze kwaliteit van hem terug in bijvoorbeeld zijn taalgevoeligheid in de besprekingen van woordbetekenissen (semantiek; een sterk punt van dit commentaar) en het besef van onze postmoderne context en de verrassende overeenkomsten die er soms zijn met de moderne havenstad Korinthe. Ook oog voor sociologische en retorische inzichten; bovendien een goede, up-to-date literatuurlijst per perikoop, en daar ook goed mee in gesprek. Dit zijn de sterkte punten. En toch; met dit alles komt hij niet echt goed op de huid van Paulus en zijn eerste lezers. Je blijft soms een bepaalde afstand ervaren, alsof er meer over dan vanuit de tekst gesproken wordt.  Het werk van Rosner & Ciampa is verrassend goed. Diepgaand, en toch toegankelijk geschreven. Goede inleiding. Met hun oog voor het Joodse denkkader van waaruit Paulus schrijft weten zij geregeld verrassend licht op passages te laten vallen, dat andere commentaren zo nog niet gelukt was. Zorgvuldige, genuanceerde en vaak overtuigende exegese. Voor de Pillar serie zijn ze toch echt bovengemiddeld historisch kritisch in hun werk, en stijgen (daardoor?) wijs uit boven allerlei mogelijke polemisch-oppervlakkige discussies over bijvoorbeeld de rol van de vrouw (1 Kor.11 en 14) of de gaven van de Geest in de gemeente (1 Kor. 12 en 14) die in de hoek van evangelicals gevoerd worden.

Wat commentaren in evangelicale series betreft is verder nog te wijzen op Fee (NICNT, 1987, 20142), Garland (BECNT, 2003), Schnabel (HTA, 2006) en Gardner (ZECNT, 2018). Schnabel heeft de meest recente inzichten uit het 1-Korinte-onderzoek (op zowel Engels als Duits taalgebied) verwerkt in een goed toegankelijk commentaar. Ook de inleiding is goed. Fee is een goede exegeet en zijn commentaar heeft decennialang de toon gezet, zeker wat betreft 1 Kor. 12-14 (Fee heeft een Pinksterachtergrond). Inmiddels is het wel wat gedateerd (in 2014 is een update uitgekomen, maar deze bestaat slechts hoofdzakelijk uit het up-to-date maken van de literatuurlijst). Toch overtreft het nog steeds de nieuwkomers Garland en Gardner, die beiden vooral theologisch niet heel sterk zijn. Schnabel is wat dat betreft een duidelijk betere nieuwkomer.

Meer historisch-kritisch op Engels taalgebied: R.F. Collins (SP, 1999) en Fitzmyer (AB, 2008). Fitzmyer is een gerenommeerd exegeet die zijn sporen inmiddels wel verdiend heeft. Goed up-to-date, goede en toegankelijke exegese. Een evenwichtig, betrouwbaar commentaar, al voegt hij weinig nieuws toe aan de actuele exegetische discussies. Een goede inleiding; zie in het bijzonder zijn werkvertaling (p. 3-18) en het onderdeel ‘pauline teaching’ (p. 69-93). Collins heeft vooral oog voor de culturele context, en legt daar het zwaartepunt van zijn uitleg.

In de serie CNT3 heeft Anderson (2008) een goed, toegankelijk commentaar geschreven. Een bovengemiddeld goed deel uit deze serie. Van de overige, kleiner opgezette series zijn o.a. Wolff (ThHNT, 2000) en Keener (NCBC, 2005) zeker de moeite waard. Wolff is theologisch goed, en Keener is goed op de hoogte van de Umwelt. Voor wie Thiselton op NIGTC te veel van het goede vindt, is te wijzen op zijn latere 1 Corinthians. A Shorter Exegetical & Pastoral Commentary (2006); een praktisch en pastoraal commentaartje. Wat betreft een toegankelijk, handzaam, pastoraal commentaar is Kremer (RNT, 1997) goed. Ook de ethicus Hays (Int., 1997) heeft een goed commentaar geschreven. Hij slaat in de exegese consequent een brug naar vandaag, en is daarom voor de prediking een aanrader. Witherington (mono, 1995) levert belangrijk literair en Umwelt-materiaal aan in zijn ‘Socio-Rhetorical Commentary’.